Zephaniah

DSV_Strongs(i)
  1 H1697 Het woord H3068 des HEEREN H834 , hetwelk H1961 H8804 geschied is H413 tot H6846 Zefanja H1121 , den zoon H3570 van Cuschi H1121 , den zoon H1436 van Gedalja H1121 , den zoon H568 van Amarja H1121 , den zoon H2396 van Hizkia H3117 ; in de dagen H2977 van Josia H1121 , den zoon H526 van Amon H4428 , den koning H3063 van Juda.
  2 H3605 Ik zal H622 H8800 ganselijk H3605 alles H5486 H8686 wegrapen H4480 H5921 H6440 uit H127 dit land H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE.
  3 H5486 H8686 Ik zal wegrapen H120 mensen H929 en beesten H5486 H8686 ; Ik zal wegrapen H5775 de vogelen H8064 des hemels H1709 , en de vissen H3220 der zee H4384 , en de ergernissen H7563 met de goddelozen H120 ; ja, Ik zal de mensen H4480 H5921 H6440 uit H127 dit land H3772 H8689 uitroeien H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE.
  4 H3027 En Ik zal Mijn hand H5186 H8804 uitstrekken H5921 tegen H3063 Juda H5921 , en tegen H3605 alle H3427 H8802 inwoners H3389 van Jeruzalem H4480 ; en Ik zal uit H2088 deze H4725 plaats H3772 H8689 uitroeien H7605 het overblijfsel H1168 van Baal H8034 , [en] den naam H3649 der Chemarim H5973 met H3548 de priesters;
  5 H7812 H8693 En die zich nederbuigen H5921 op H1406 de daken H6635 voor het heir H8064 des hemels H7812 H8693 , en die zich nederbuigende H7650 H8737 zweren H3068 bij den HEERE H7650 H8737 , en zweren H4428 bij Malcham;
  6 H5472 H8737 En die terugkeren H4480 van H310 achter H3068 den HEERE H834 ; en die H3068 den HEERE H3808 niet H1245 H8765 zoeken H1875 H8804 , en vragen H3808 naar Hem niet.
  7 H2013 H8761 Zwijgt H4480 voor H6440 het aangezicht H136 des Heeren H3069 HEEREN H3588 ; want H3117 de dag H3068 des HEEREN H7138 is nabij H3588 ; want H3068 de HEERE H2077 heeft een slachtoffer H3559 H8689 bereid H7121 H8803 , Hij heeft Zijn genoden H6942 H8689 geheiligd.
  8 H1961 H8804 En het zal geschieden H3117 in den dag H2077 van het slachtoffer H3068 des HEEREN H6485 H8804 , dat Ik bezoeking zal doen H5921 over H8269 de vorsten H5921 , en over H1121 de kinderen H4428 des konings H5921 , en over H3605 allen H3847 H8802 , die zich kleden H5237 met vreemde H4403 kleding.
  9 H1931 Ook zal Ik ten zelven H3117 dage H6485 H8804 bezoeking doen H5921 over H3605 al H5921 wie over H4670 den dorpel H1801 H8802 springt H1004 ; die het huis H113 hunner heren H4390 H8764 vullen H2555 met geweld H4820 en bedrog.
  10 H1931 En er zal te dien H3117 dage H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE H6963 , een stem H6818 des gekrijts H1961 H8804 zijn H1709 H8179 van de Vispoort H3215 af, en een gehuil H4480 van H4932 het tweede H1419 gedeelte, en een grote H7667 breuk H1389 van de heuvelen af.
  11 H3213 H8685 Huilt H3427 H8802 , gij inwoners H4389 der laagte H3588 ! Want H3605 al H5971 het volk H3667 van koophandel H1820 H8738 is uitgehouwen H3605 , al H5187 H3701 de gelddragers H3772 H8738 zijn uitgeroeid.
  12 H1961 H8804 En het zal geschieden H1931 te dien H6256 tijde H3389 , Ik zal Jeruzalem H5216 met lantaarnen H2664 H8762 doorzoeken H6485 H8804 ; en Ik zal bezoeking doen H5921 over H582 de mannen H7087 H8802 , die stijf geworden zijn H5921 op H8105 hun droesem H3824 , die in hun hart H559 H8802 zeggen H3068 : De HEERE H3808 doet geen H3190 H8686 goed H3808 , en Hij doet geen H7489 H8686 kwaad.
  13 H2428 Daarom zal hun vermogen H4933 ten roof H1961 H8804 worden H1004 , en hun huizen H8077 tot verwoesting H1129 H8804 ; zij bouwen H1004 wel huizen H3808 , maar zij zullen ze niet H3427 H8799 bewonen H5193 H8804 ; en zij planten H3754 wijngaarden H3196 , maar zij zullen derzelver wijn H3808 niet H8354 H8799 drinken.
  14 H1419 De grote H3117 dag H3068 des HEEREN H7138 is nabij H7138 ; hij is nabij H3966 , en zeer H4118 haastende H6963 ; de stem H3117 van den dag H3068 des HEEREN H1368 ; de held H8033 zal aldaar H4751 bitterlijk H6873 H8802 schreeuwen.
  15 H1931 Die H3117 dag H3117 zal een dag H5678 der verbolgenheid H3117 zijn; een dag H6869 der benauwdheid H4691 en des angstes H3117 , een dag H7722 der woestheid H4875 en verwoesting H3117 , een dag H2822 der duisternis H653 en der donkerheid H3117 , een dag H6051 der wolk H6205 en der dikke donkerheid;
  16 H3117 Een dag H7782 der bazuin H8643 en des geklanks H5921 tegen H1219 H8803 de vaste H5892 steden H5921 en tegen H1364 de hoge H6438 hoeken.
  17 H120 En Ik zal de mensen H6887 H8689 bang maken H1980 H8804 , dat zij zullen gaan H5787 als de blinden H3588 ; want H3068 zij hebben tegen den HEERE H2398 H8804 gezondigd H1818 ; en hun bloed H8210 H8795 zal vergoten worden H6083 als stof H3894 , en hun vlees H1561 zal worden als drek.
  18 H1571 Noch H3701 hun zilver H1571 , noch H2091 hun goud H3808 H3201 H8799 zal hen kunnen H5337 H8687 redden H3117 ten dage H5678 der verbolgenheid H3068 des HEEREN H784 ; maar door het vuur H7068 Zijns ijvers H3605 zal dit ganse H776 land H398 H8735 verteerd worden H3588 ; want H3617 Hij zal een voleinding H6213 H8799 maken H389 , gewisselijk H926 H8737 , een haastige H3605 , met al H3427 H8802 de inwoners H776 dezes lands.