Psalms 68

DSV_Strongs(i)
  1 H4210 Een psalm H7892 , een lied H1732 van David H5329 H8764 , voor den opperzangmeester H430 . [068:2] God H6965 H8799 zal opstaan H341 H8802 , Zijn vijanden H6327 H8799 zullen verstrooid worden H8130 H8764 , en Zijn haters H6440 zullen van Zijn aangezicht H5127 H8799 vlieden.
  2 H5086 H8799 [068:3] Gij zult hen verdrijven H6227 , gelijk rook H5086 H8736 verdreven wordt H1749 ; gelijk was H6440 voor H784 het vuur H4549 H8736 smelt H7563 , zullen de goddelozen H6 H8799 vergaan H430 van Gods H6440 aangezicht.
  3 H6662 [068:4] Maar de rechtvaardigen H8055 H8799 zullen zich verblijden H5970 H8799 ; zij zullen van vreugde opspringen H430 voor Gods H6440 aangezicht H8057 , en van blijdschap H7797 H8799 vrolijk zijn.
  4 H7891 H8798 [068:5] Zingt H430 Gode H2167 H8761 , psalmzingt H8034 Zijn Naam H5549 H8798 ; hoogt de wegen H6160 voor Dien, Die in de vlakke velden H7392 H8802 rijdt H8034 , omdat Zijn Naam H3050 is HEERE H5937 H8798 ; en springt op van vreugde H6440 voor Zijn aangezicht.
  5 H1 [068:6] Hij is een Vader H3490 der wezen H1781 , en een Rechter H490 der weduwen H430 ; God H4583 , in de woonstede H6944 Zijner heiligheid.
  6 H430 [068:7] Een God H3173 , Die de eenzamen H3427 H8688 zet H1004 in een huisgezin H3318 H8688 , uitvoert H3574 , die in boeien H615 gevangen zijn H5637 H8802 ; maar de afvalligen H7931 H8804 wonen H6707 in het dorre.
  7 H430 [068:8] O God H6440 ! toen Gij voor het aangezicht H5971 Uws volks H3318 H8800 uittoogt H6805 H8800 , toen Gij daarhenen tradt H3452 in de woestijn H5542 ; Sela.
  8 H7493 H8804 [068:9] Daverde H776 de aarde H5197 H8804 , ook dropen H8064 de hemelen H430 voor Gods H6440 aanschijn H2088 ; [zelfs] deze H5514 Sinai H6440 , voor het aanschijn H430 Gods H430 , des Gods H3478 van Israel.
  9 H5071 [068:10] Gij hebt zeer milden H1653 regen H5130 H8686 doen druipen H430 , o God H5159 ! en Gij hebt Uw erfenis H3559 H8790 gesterkt H3811 H8738 , als zij mat was geworden.
  10 H2416 [068:11] Uw hoop H3427 H8804 woonde H3559 H8686 daarin; Gij bereiddet H2896 ze door Uw goedheid H6041 voor den ellendige H430 , o God!
  11 H136 [068:12] De HEERE H5414 H8799 gaf H562 te spreken H1319 H8764 ; der boodschappers van goede tijdingen H7227 was een grote H6635 heirschaar.
  12 H4428 [068:13] De koningen H6635 der heirscharen H5074 H8799 vloden weg H5074 H8799 , zij vloden weg H1004 ; en zij, die te huis H5116 bleef H2505 H0 , deelde H7998 den roof H2505 H8762 uit.
  13 H7901 H8799 [068:14] Al laagt gijlieden H8240 tussen twee rijen van stenen H3671 , [zo] [zult] [gij] [toch] [worden] [als] vleugelen H3123 ener duive H2645 H8737 , overdekt H3701 met zilver H84 , en welker vederen H3422 zijn met uitgegraven geluwen H2742 goud.
  14 H7706 [068:15] Als de Almachtige H4428 de koningen H6566 H8763 daarin verstrooide H7949 H8686 , werd zij sneeuwwit H6756 [als] op Zalmon.
  15 H2022 [068:16] De berg H1316 Basan H2022 is een berg H430 Gods H2022 ; de berg H1316 Basan H1386 is een bultige H2022 berg.
  16 H7520 H8762 [068:17] Waarom springt gij op H1386 , gij bultige H2022 bergen H2022 ? Dezen berg H430 heeft God H2530 H8804 begeerd H3427 H8800 tot Zijn woning H3068 ; ook zal er de HEERE H7931 H8799 wonen H5331 in eeuwigheid.
  17 H430 [068:18] Gods H7393 wagenen H7239 zijn tweemaal tien duizend H505 , de duizenden H8136 verdubbeld H136 . De Heere H5514 is onder hen, een Sinai H6944 in heiligheid!
  18 H5927 H8804 [068:19] Gij zijt opgevaren H4791 in de hoogte H7617 H8804 ; Gij hebt de gevangenis H7628 gevankelijk gevoerd H4979 ; Gij hebt gaven H3947 H8804 genomen H120 [om] [uit] [te] [delen] onder de mensen H5637 H8802 ; ja, ook de wederhorigen H7931 H8800 om [bij] [U] te wonen H3050 , o HEERE H430 God!
  19 H1288 H8803 [068:20] Geloofd H136 zij de Heere H3117 ; dag H3117 bij dag H6006 H8799 overlaadt Hij H410 ons. Die God H3444 [is] onze Zaligheid H5542 . Sela.
  20 H410 [068:21] Die God H410 is ons een God H4190 van volkomene Zaligheid H3069 ; en bij den HEERE H136 , den Heere H8444 , zijn uitkomsten H4194 tegen den dood.
  21 H430 [068:22] Voorzeker zal God H7218 den kop H341 H8802 Zijner vijanden H4272 H8799 verslaan H8181 , den harigen H6936 schedel H817 desgenen, die in zijn schulden H1980 H8693 wandelt.
  22 H136 [068:23] De Heere H559 H8804 heeft gezegd H7725 H8686 : Ik zal wederbrengen H1316 uit Basan H7725 H8686 ; Ik zal wederbrengen H4688 uit de diepten H3220 der zee;
  23 H7272 [068:24] Opdat gij uw voet H3956 , [ja], de tong H3611 uwer honden H4272 H8799 , moogt steken H1818 in het bloed H341 H8802 van de vijanden, van een iegelijk van hen.
  24 H430 [068:25] O God H1979 ! zij hebben Uw gangen H7200 H8804 gezien H1979 , de gangen H410 mijns Gods H4428 , mijns Konings H6944 , in het heiligdom.
  25 H7891 H8802 [068:26] De zangers H6923 H8765 gingen voor H5059 H8802 , de speellieden H310 achter H8432 , in het midden H8608 H8802 de trommelende H5959 maagden.
  26 H1288 H8761 [068:27] Looft H430 God H4721 in de gemeenten H136 , den Heere H4726 , gij, die zijt uit den springader H3478 van Israel!
  27 H1144 [068:28] Daar is Benjamin H6810 de kleine H7287 H8802 , die over hen heerste H8269 , de vorsten H3063 van Juda H7277 , [met] hun vergadering H8269 , de vorsten H2074 van Zebulon H8269 , de vorsten H5321 van Nafthali.
  28 H430 [068:29] Uw God H5797 heeft uw sterkte H6680 H8765 geboden H5810 H8798 ; sterk H430 , o God H2098 , wat H6466 H8804 Gij aan ons gewrocht hebt!
  29 H1964 [068:30] Om Uws tempels H3389 wil te Jeruzalem H4428 , zullen U de koningen H7862 geschenk H2986 H8686 toebrengen.
  30 H1605 H8798 [068:31] Scheld H2416 het wild gedierte H7070 des riets H5712 , de vergadering H47 der stieren H5695 met de kalveren H5971 der volken H7511 H8693 ; [en] dien, die zich onderwerpt H7518 met stukken H3701 zilvers H5971 ; Hij heeft de volken H967 H8765 verstrooid H2654 H8799 , [die] lust hebben H7128 in oorlogen.
  31 H2831 [068:32] Prinselijke gezanten H857 H8799 zullen komen H4714 uit Egypte H3568 ; Morenland H7323 H0 zal zich haasten H3027 zijn handen H430 tot God H7323 H8686 uit te strekken.
  32 H4467 [068:33] Gij koninkrijken H776 der aarde H7891 H8798 , zingt H430 Gode H2167 H8761 ; psalmzingt H136 den Heere H5542 ! Sela.
  33 H7392 H8802 [068:34] Dien, Die daar rijdt H8064 in den hemel H8064 der hemelen H6924 , Die van ouds H5414 H8799 is; ziet, Hij geeft H6963 Zijn stem H6963 , een stem H5797 der sterkte.
  34 H5414 H8798 [068:35] Geeft H430 Gode H5797 sterkte H1346 ! Zijn hoogheid H3478 is over Israel H5797 , en Zijn sterkte H7834 in de bovenste wolken.
  35 H430 [068:36] O God H3372 H8737 ! Gij zijt vreselijk H4720 uit Uw heiligdommen H410 ; de God H3478 Israels H5414 H8802 , Die geeft H5971 den volke H5797 sterkte H8592 en krachten H1288 H8803 . Geloofd H430 zij God!