Proverbs 6:6-11

DSV_Strongs(i)
  6 H3212 H8798 Ga H5244 tot de mier H6102 , gij luiaard H7200 H8798 ! zie H1870 haar wegen H2449 H8798 , en word wijs;
  7 H7101 Dewelke, geen overste H7860 H8802 , ambtman H4910 H8802 noch heerser hebbende,
  8 H3899 Haar brood H3559 H8686 bereidt H7019 in den zomer H3978 , haar spijs H103 H8804 vergadert H7105 in den oogst.
  9 H6102 Hoe lang zult gij, luiaard H7901 H8799 , nederliggen H8142 ? Wanneer zult gij van uw slaap H6965 H8799 opstaan?
  10 H4592 Een weinig H8142 slapens H4592 , een weinig H8572 sluimerens H4592 , een weinig H2264 H3027 handvouwens H7901 H8800 , al nederliggende;
  11 H7389 Zo zal uw armoede H935 H8804 [u] overkomen H1980 H8764 als een wandelaar H4270 , en uw gebrek H4043 als een gewapend H376 man.