Numbers 18

DSV_Strongs(i)
  1 H559 H8799 Zo zeide H3068 de HEERE H175 tot Aaron H1121 : Gij, en uw zonen H1004 , en het huis H1 uws vaders H5375 H8799 met u, zult dragen H5771 de ongerechtigheid H4720 des heiligdoms H1121 ; en gij, en uw zonen H5375 H8799 met u, zult dragen H5771 de ongerechtigheid H3550 van uw priesterambt.
  2 H251 En ook zult gij uw broederen H4294 , den stam H3878 van Levi H7626 , den stam H1 uws vaders H7126 H8685 , met u doen naderen H3867 H8735 , dat zij u bijgevoegd worden H8334 H8762 , en u dienen H1121 ; maar gij, en uw zonen H6440 met u, zult zijn voor H168 de tent H5715 der getuigenis.
  3 H4931 En zij zullen uw wacht H8104 H8804 waarnemen H4931 , en de wacht H168 der ganse tent H3627 ; doch tot het gereedschap H6944 des heiligdoms H4196 en het altaar H7126 H8799 zullen zij niet naderen H4191 H8799 , opdat zij niet sterven, zo zij als gijlieden.
  4 H3867 H8738 Maar zij zullen u bijgevoegd worden H4931 , en de wacht H168 van de tent H4150 der samenkomst H8104 H8804 waarnemen H5656 , in allen dienst H168 der tent H2114 H8801 ; en een vreemde H7126 H8799 zal tot u niet naderen.
  5 H8104 H8804 Gijlieden nu zult waarnemen H4931 de wacht H6944 des heiligdoms H4931 , en de wacht H4196 des altaars H7110 ; opdat er geen verbolgenheid H1121 meer zij over de kinderen H3478 Israels.
  6 H251 Want Ik, zie, Ik heb uw broederen H3881 , de Levieten H8432 , uit het midden H1121 der kinderen H3478 Israels H3947 H8804 genomen H4979 ; zij zijn ulieden een gave H5414 H8803 , gegeven H3068 den HEERE H5656 , om den dienst H168 van de tent H4150 der samenkomst H5647 H8800 te bedienen.
  7 H1121 Maar gij, en uw zonen H3550 met u, zult ulieder priesterambt H8104 H8799 waarnemen H1697 in alle zaken H4196 des altaars H1004 , en in hetgeen van binnen H6532 den voorhang H5647 H8804 is, dat zult gijlieden bedienen H3550 ; uw priesterambt H5414 H8799 geve Ik H5656 [u] tot een dienst H4979 van een geschenk H2114 H8801 ; en de vreemde H7131 , die nadert H4191 H8714 , zal gedood worden.
  8 H1696 H8762 Voorts sprak H3068 de HEERE H175 tot Aaron H5414 H8804 : En Ik, zie, Ik heb u gegeven H4931 de wacht H8641 Mijner hefofferen H6944 , met alle heilige dingen H1121 van de kinderen H3478 Israels H5414 H8804 heb Ik ze u gegeven H4888 , om der zalving H1121 wil, en aan uw zonen H5769 , tot een eeuwige H2706 inzetting.
  9 H6944 Dit zult gij hebben van de heiligheid H6944 der heiligheden H784 , uit het vuur H7133 : al hun offeranden H4503 , met al hun spijsoffer H2403 , en met al hun zondoffer H817 , en met al hun schuldoffer H7725 H8686 , dat zij Mij zullen wedergeven H1121 ; het zal u en uw zonen H6944 een heiligheid H6944 der heiligheden zijn.
  10 H6944 H6944 Aan het allerheiligste H398 H8799 zult gij dat eten H2145 ; al wat mannelijk H398 H8799 is zal dat eten H6944 ; het zal u een heiligheid zijn.
  11 H8641 Ook zal dit het uwe zijn: het hefoffer H4976 hunner gave H8573 , met alle beweegofferen H1121 der kinderen H3478 Israels H5414 H8804 ; Ik heb ze aan u gegeven H1121 , en aan uw zonen H1323 , en aan uw dochteren H5769 met u, tot een eeuwige H2706 inzetting H1004 ; al wie in uw huis H2889 rein H398 H8799 is, zal dat eten.
  12 H2459 Al het beste H3323 van de olie H2459 , en al het beste H8492 van de most H1715 , en van koren H7225 , hun eerstelingen H3068 , die zij den HEERE H5414 H8799 zullen geven H5414 H8804 , u heb Ik ze gegeven.
  13 H1061 De eerste vruchten H776 van alles, wat in hun land H3068 is, die zij den HEERE H935 H8686 zullen brengen H1004 , zullen uwe zijn; al wie in uw huis H2889 rein H398 H8799 is, zal dat eten.
  14 H2764 Al het verbannene H3478 in Israel zal het uwe zijn.
  15 H7358 Al wat de baarmoeder H6363 opent H1320 , van alle vlees H3068 , dat zij den HEERE H7126 H8686 zullen brengen H120 , onder de mensen H929 , en onder de beesten H1060 , zal het uwe zijn; doch de eerstgeborenen H120 der mensen H6299 H8800 zult gij ganselijk H6299 H8799 lossen H6299 H8799 ; ook zult gij lossen H1060 de eerstgeborenen H2931 der onreine H929 beesten.
  16 H6299 H8803 Die nu onder dezelve gelost zullen worden H2320 , zult gij van een maand H1121 oud H6299 H8799 lossen H6187 , naar uw schatting H3701 , voor het geld H2568 van vijf H8255 sikkelen H8255 , naar den sikkel H6944 des heiligdoms H6242 , die is twintig H1626 gera.
  17 H1060 Maar het eerstgeborene H7794 van een koe H1060 , of het eerstgeborene H3775 van een schaap H1060 , of het eerstgeborene H5795 van een geit H6299 H8799 zult gij niet lossen H6944 , zij zijn heilig H1818 ; hun bloed H2236 H8799 zult gij sprengen H4196 op het altaar H2459 , en hun vet H6999 H8686 zult gij aansteken H801 , tot een vuuroffer H5207 van liefelijken H7381 reuk H3068 den HEERE.
  18 H1320 En hun vlees H8573 H2373 zal het uwe zijn; gelijk de beweegborst H7785 H3225 , en gelijk de rechterschouder, zal het uwe zijn.
  19 H8641 Alle hefofferen H6944 der heilige dingen H1121 , die de kinderen H3478 Israels H3068 den HEERE H7311 H8686 zullen offeren H5414 H8804 , heb Ik aan u gegeven H1121 , en aan uw zonen H1323 , en aan uw dochteren H5769 met u, tot een eeuwige H2706 inzetting H5769 ; het zal een eeuwig H1285 H4417 zoutverbond H6440 zijn, voor het aangezicht H3068 des HEEREN H2233 , voor u en voor uw zaad met u.
  20 H559 H8799 Ook zeide H3068 de HEERE H175 tot Aaron H776 : Gij zult in hun land H5157 H8799 niet erven H2506 , en gij zult geen deel H8432 in het midden H2506 van henlieden hebben; Ik ben uw deel H5159 en uw erfenis H8432 , in het midden H1121 van de kinderen H3478 Israels.
  21 H1121 En zie, aan de kinderen H3878 van Levi H4643 heb Ik alle tienden H3478 in Israel H5159 ter erfenis H5414 H8804 gegeven H2500 , voor H5656 hun dienst H5647 H8802 , dien zij bedienen H5656 , den dienst H168 van de tent H4150 der samenkomst.
  22 H1121 En de kinderen H3478 Israels H5750 zullen niet meer H7126 H8799 naderen H168 tot de tent H4150 der samenkomst H2399 , om zonde H5375 H8800 te dragen H4191 H8800 [en] te sterven.
  23 H3881 Maar de Levieten H5647 H8804 , die zullen bedienen H5656 den dienst H168 van de tent H4150 der samenkomst H5771 , en die zullen hun ongerechtigheid H5375 H8799 dragen H5769 ; het zal een eeuwige H2708 inzetting H1755 zijn voor uw geslachten H8432 ; en in het midden H1121 van de kinderen H3478 Israels H5159 zullen zij geen erfenis H5157 H8799 erven.
  24 H4643 Want de tienden H1121 der kinderen H3478 Israels H3068 , die zij den HEERE H8641 tot een hefoffer H7311 H8686 zullen offeren H3881 , heb Ik aan de Levieten H5159 tot een erfenis H5414 H8804 gegeven H559 H8804 ; daarom heb Ik tot hen gezegd H8432 : Zij zullen in het midden H1121 van de kinderen H3478 Israels H5159 geen erfenis H5157 H8799 erven.
  25 H3068 En de HEERE H1696 H8762 sprak H4872 tot Mozes H559 H8800 , zeggende:
  26 H3881 Gij zult ook tot de Levieten H1696 H8762 spreken H559 H8804 , en tot hen zeggen H1121 : Wanneer gij van de kinderen H3478 Israels H4643 de tienden H3947 H8799 zult ontvangen hebben H5159 , die Ik u voor uw erfenis H5414 H8804 van henlieden gegeven heb H8641 , zo zult gij daarvan een hefoffer H3068 des HEEREN H7311 H8689 offeren H4643 , de tienden H4643 van die tienden;
  27 H2803 H8738 En het zal u gerekend worden H8641 tot uw hefoffer H1715 , als koren H1637 van den dorsvloer H4395 , en als de volheid H3342 van de perskuip.
  28 H8641 Alzo zult gij ook een hefoffer H3068 des HEEREN H7311 H8686 offeren H4643 van al uw tienden H1121 , die gij van de kinderen H3478 Israels H3947 H8799 zult hebben ontvangen H3068 ; en gij zult daarvan des HEEREN H8641 hefoffer H5414 H8804 geven H3548 aan den priester H175 Aaron.
  29 H4979 Van al uw gaven H8641 zult gij alle hefoffer H3068 des HEEREN H7311 H8686 offeren H2459 ; van al het beste H4720 van die, van zijn heiliging daarvan.
  30 H559 H8804 Gij zult dan tot hen zeggen H2459 : Als gij deszelfs beste H7311 H8687 daarvan offert H3881 , zo zal het den Levieten H2803 H8738 toegerekend worden H8393 als een inkomen H1637 des dorsvloers H8393 , en als een inkomen H3342 der perskuip.
  31 H398 H8804 En gij zult dat eten H4725 in alle plaatsen H1004 , gij en uw huis H7939 ; want het is ulieden een loon H2500 voor H5656 uw dienst H168 in de tent H4150 der samenkomst.
  32 H2399 Zo zult gij daarover geen zonde H5375 H8799 dragen H2459 , als gij deszelfs beste H7311 H8687 daarvan offert H6944 ; en gij zult de heilige dingen H1121 van de kinderen H3478 Israels H2490 H8762 niet ontheiligen H4191 H8799 , opdat gij niet sterft.