DSV_Strongs(i)
1
H319
Maar in het laatste
H3117
der dagen
H1961 H8804
zal het geschieden
H2022
, dat de berg
H1004
van het huis
H3068
des HEEREN
H3559 H8737
zal vastgesteld
H1961 H8799
zijn
H7218
op den top
H2022
der bergen
H1931
; en hij
H5375 H8737
zal verheven zijn
H4480
boven
H1389
de heuvelen
H5971
, en de volken
H5921
zullen tot
H5102 H8804
hem toevloeien.
2
H7227
En vele
H1471
heidenen
H1980 H8804
zullen henengaan
H559 H8804
, en zeggen
H3212 H8798
: Komt
H5927 H8799
en laat ons opgaan
H413
tot
H2022
den berg
H3068
des HEEREN
H413
, en ten
H1004
huize
H430
van den God
H3290
Jakobs
H3384 H8686
, opdat Hij ons lere
H4480
van
H1870
Zijn wegen
H734
, en wij in Zijn paden
H3212 H8799
wandelen
H3588
; want
H4480
uit
H6726
Sion
H8451
zal de wet
H3318 H8799
uitgaan
H3068
, en des HEEREN
H1697
woord
H4480
uit
H3389
Jeruzalem.
3
H996
En Hij zal onder
H7227
grote
H5971
volken
H8199 H8804
richten
H6099
, en machtige
H1471
heidenen
H3198 H8689
straffen
H5704
, tot
H7350
verre toe
H2719
; en zij zullen hun zwaarden
H3807 H8765
slaan
H855
tot spaden
H2595
, en hun spiesen
H4211
tot sikkelen
H1471
; het [ene] volk
H413
zal tegen
H1471
het [andere] volk
H3808
geen
H2719
zwaard
H5375 H8799
opheffen
H4421
, en zij zullen den krijg
H3808
niet
H5750
meer
H3925 H8799
leren.
4
H3427 H8804
Maar zij zullen zitten
H376
, een ieder
H8478
onder
H1612
zijn wijnstok
H8478
, en onder
H8384
zijn vijgeboom
H369
, en er zal niemand zijn
H2729 H8688
, die ze verschrikke
H3588
; want
H6310
de mond
H3068
des HEEREN
H6635
der heirscharen
H1696 H8765
heeft [het] gesproken.
5
H3588
Want
H3605
alle
H5971
volken
H3212 H8799
zullen wandelen
H376
, elk
H8034
in den naam
H430
zijns gods
H587
; maar wij
H3212 H8799
zullen wandelen
H8034
in den Naam
H3068
des HEEREN
H430
, onzes Gods
H5769
, eeuwiglijk
H5703
en altoos.
6
H1931
Te dien
H3117
dage
H5002 H8803
, spreekt
H3068
de HEERE
H6760 H8802
, zal Ik haar, die hinkende was
H622 H8799
, verzamelen
H5080 H8737
, en haar, die verdreven was
H6908 H8762
, vergaderen
H834
, en die
H7489 H8689
Ik geplaagd had.
7
H6760 H8802
En Ik zal haar, die hinkende was
H7760 H8804
, maken
H7611
tot een overblijfsel
H1972 H8737
, en haar die verre henen verstoten was
H6099
, tot een machtig
H1471
volk
H3068
; en de HEERE
H4427 H0
zal Koning
H4427 H8804
over hen zijn
H2022
op den berg
H6726
Sions
H4480
, van
H6258
nu aan
H5704
tot
H5769
in eeuwigheid.
8
H859
En gij
H4026 H5739 H8677 H4029
Schaapstoren
H6076
, gij Ofel
H1323
der dochter
H6726
Sions
H5704
! tot
H857 H8799
u zal komen
H935 H8804
, ja, daar zal komen
H7223
de vorige
H4475
heerschappij
H4467
, het koninkrijk
H1323
der dochteren
H3389
van Jeruzalem.
9
H6258
Nu
H4100
, waarom
H7452
zoudt gij zo groot geschrei
H7321 H8686
maken
H369
? Is er geen
H4428
koning
H518
onder u?
H3289 H8802
Is uw Raadgever
H6 H8804
vergaan
H3588
, dat
H2427
u smart
H3205 H8802
, als van een barende
H2388 H8689
[vrouw], heeft aangegrepen?
10
H2342 H8798
Lijd smart
H1518 H8798
en arbeid om voort te brengen
H1323
, o dochter
H6726
Sions
H3205 H8802
! als een barende
H3588
[vrouw]; want
H6258
nu
H4480
zult gij [wel] uit
H7151
de stad
H3318 H8799
henen uitgaan
H7704
, en op het veld
H7931 H8804
wonen
H5704
, en tot
H894
in Babel
H935 H8804
komen
H8033
, [maar] aldaar
H5337 H8735
zult gij gered worden
H8033
; aldaar
H3068
zal u de HEERE
H1350 H8799
verlossen
H4480
uit
H3709
de hand
H341 H8802
uwer vijanden.
11
H6258
Nu
H7227
zijn wel vele
H1471
heidenen
H5921
tegen
H622 H8738
u verzameld
H559 H8802
, die daar zeggen
H2610 H8799
: Laat ze ontheiligd worden
H5869
, en laat ons oog
H2372 H8799
schouwen
H6726
aan Sion.
12
H1992
Maar zij
H3045 H8804
weten
H4284
de gedachten
H3068
des HEEREN
H3808
niet
H995 H8689
, en verstaan
H6098
Zijn raadslag
H3808
niet
H3588
; dat
H6908 H8765
Hij hen vergaderd heeft
H5995
als garven
H1637
tot den dorsvloer.
13
H6965 H8798
Maak u op
H1758 H8798
en dors
H1323
, o dochter
H6726
Sions
H3588
! Want
H7161
Ik zal uw hoorn
H1270
ijzer
H7760 H8799
maken
H6541
, en uw klauwen
H5154
koper
H7760 H8799
maken
H7227
, en gij zult vele
H5971
volken
H1854 H8689
verpletteren
H1215
; en Ik zal hunlieder gewin
H3068
den HEERE
H2763 H8689
verbannen
H2428
, en hun vermogen
H113
den Heere
H3605
der ganse
H776
aarde.