Jeremiah 33

DSV_Strongs(i)
  1 H3068 Voorts geschiedde des HEEREN H1697 woord H8145 ten tweeden H3414 male tot Jeremia H2691 , als hij nog in het voorhof H4307 der bewaring H6113 H8803 was opgesloten H559 H8800 , zeggende:
  2 H559 H8804 Zo zegt H3068 de HEERE H6213 H8802 , Die het doet H3068 , de HEERE H3335 H8802 , Die dat formeert H3559 H8687 , opdat Hij het bevestige H3068 , HEERE H8034 is Zijn Naam;
  3 H7121 H8798 Roep H6030 H8799 tot Mij, en Ik zal u antwoorden H5046 H8686 , en Ik zal u bekend maken H1419 grote H1219 H8803 en vaste dingen H3045 H8804 , die gij niet weet.
  4 H559 H8804 Want zo zegt H3068 de HEERE H430 , de God H3478 Israels H1004 , van de huizen H5892 dezer stad H1004 , en van de huizen H4428 der koningen H3063 van Juda H5550 , die door de wallen H2719 en door het zwaard H5422 H8803 zijn afgebroken:
  5 H935 H8802 Er zijn er [wel] ingekomen H3898 H8736 , om te strijden H3778 tegen de Chaldeen H4390 H8763 , maar het is om die te vullen H6297 met dode lichamen H120 van mensen H5221 H8689 , die Ik verslagen heb H639 in Mijn toorn H2534 en in Mijn grimmigheid H6440 ; en omdat Ik Mijn aangezicht H5892 van deze stad H5641 H8689 verborgen heb H7451 , om al hunlieder boosheid.
  6 H724 Zie, Ik zal haar de gezondheid H4832 en de genezing H5927 H8688 doen rijzen H7495 H8804 , en zal henlieden genezen H1540 H8765 , en zal hun openbaren H6283 overvloed H7965 van vrede H571 en waarheid.
  7 H7622 En Ik zal de gevangenis H3063 van Juda H7622 en de gevangenis H3478 van Israel H7725 H8689 wenden H1129 H8804 , en zal ze bouwen H7223 als in het eerste.
  8 H2891 H8765 En Ik zal hen reinigen H5771 van al hun ongerechtigheid H2398 H8804 , [met] dewelke zij tegen Mij gezondigd hebben H5545 H8804 ; en Ik zal vergeven H5771 al hun ongerechtigheden H2398 H8804 , [met] dewelke zij tegen Mij gezondigd H6586 H8804 en [met] dewelke zij tegen Mij overtreden hebben.
  9 H8342 En het zal Mij zijn tot een vrolijken H8034 naam H8416 , tot een roem H8597 , en tot een sieraad H1471 bij alle heidenen H776 der aarde H2896 ; die al het goede H8085 H8799 zullen horen H6213 H8802 , dat Ik hun doe H6342 H8804 ; en zij zullen vrezen H7264 H8804 en beroerd zijn H2896 over al het goede H7965 , en over al den vrede H6213 H8802 , dien Ik hun beschikke.
  10 H559 H8804 Alzo zegt H3068 de HEERE H4725 : In deze plaats H559 H8802 (waarvan gij zegt H2720 : Zij is woest H120 , dat er geen mens H929 en geen beest H5892 in is), in de steden H3063 van Juda H2351 , en op de straten H3389 van Jeruzalem H8074 H8737 , die [zo] verwoest zijn H120 , dat er geen mens H3427 H8802 , en geen inwoner H929 , en geen beest H8085 H8735 in is, zal wederom gehoord worden,
  11 H6963 De stem H8342 der vrolijkheid H6963 en de stem H8057 der blijdschap H6963 , de stem H2860 des bruidegoms H6963 en de stem H3618 der bruid H6963 , de stem H559 H8802 dergenen, die zeggen H3034 H8685 : Looft H3068 den HEERE H6635 der heirscharen H3068 , want de HEERE H2896 is goed H2617 , want Zijn goedertierenheid H5769 is in eeuwigheid H8426 ! [de] [stem] dergenen, die lof H935 H8688 aanbrengen H1004 ten huize H3068 des HEEREN H7622 ; want Ik zal de gevangenis H776 des lands H7725 H8686 wenden H7223 , als in het eerste H559 H8804 , zegt H3068 de HEERE.
  12 H559 H8804 Zo zegt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen H4725 : In deze plaats H2720 , die [zo] woest H120 is, dat er geen mens H929 , zelfs tot het vee H5892 toe, in is, mitsgaders in al derzelver steden H5116 , zullen wederom woningen H7462 H8802 zijn van herderen H6629 , die de kudden H7257 H8688 doen legeren.
  13 H5892 In de steden H2022 van het gebergte H5892 , in de steden H8219 der laagte H5892 , en in de steden H5045 van het zuiden H776 , en in het land H1144 van Benjamin H5439 , en in de plaatsen rondom H3389 Jeruzalem H5892 , en in de steden H3063 van Juda H6629 , zullen de kudden H3027 wederom onder de handen H4487 H8802 des tellers H5674 H8799 doorgaan H559 H8804 , zegt H3068 de HEERE.
  14 H3117 Ziet, de dagen H935 H8802 komen H5002 H8803 , spreekt H3068 de HEERE H2896 , dat Ik het goede H1697 woord H6965 H8689 verwekken zal H1004 , dat Ik tot het huis H3478 van Israel H1004 en over het huis H3063 van Juda H1696 H8765 gesproken heb.
  15 H3117 In die dagen H6256 , en te dier tijd H1732 zal Ik David H6780 een SPRUIT H6666 der gerechtigheid H6779 H8686 doen uitspruiten H4941 ; en Hij zal recht H6666 en gerechtigheid H6213 H8804 doen H776 op aarde.
  16 H3117 In die dagen H3063 zal Juda H3467 H8735 verlost worden H3389 , en Jeruzalem H983 zeker H7931 H8799 wonen H7121 H8799 ; en deze is, die haar roepen zal H3072 : De HEERE, onze GERECHTIGHEID.
  17 H559 H8804 Want zo zegt H3068 de HEERE H1732 : Aan David H3808 zal niet H3772 H8735 worden afgesneden H376 een Man H3678 , Die op den troon H1004 van het huis H3478 Israels H3427 H8802 zitte.
  18 H3881 Ook zal den Levietischen H3548 priesteren H6440 , van voor Mijn aangezicht H3772 H8735 , niet worden afgesneden H376 een Man H5930 , Die brandoffer H5927 H8688 offere H4503 , en spijsoffer H6999 H8688 aansteke H2077 , en slachtoffer H6213 H8802 bereide H3117 al de dagen.
  19 H3068 En des HEEREN H1697 woord H3414 geschiedde tot Jeremia H559 H8800 , zeggende:
  20 H559 H8804 Alzo zegt H3068 de HEERE H1285 : Indien gijlieden Mijn verbond H3117 van den dag H1285 ; en Mijn verbond H3915 van den nacht H6565 H8686 kondt vernietigen H3119 , zodat dag H3915 en nacht H6256 niet zijn op hun tijd;
  21 H6565 H8714 Zo zal ook vernietigd kunnen worden H1285 Mijn verbond H5650 met Mijn knecht H1732 David H1121 , dat hij geen zoon H3678 hebbe, die op zijn troon H4427 H8802 regere H3881 , en met de Levieten H3548 , de priesteren H8334 H8764 , Mijn dienaren.
  22 H6635 Gelijk het heir H8064 des hemels H5608 H8735 niet geteld H2344 , en het zand H3220 der zee H4058 H8735 niet gemeten kan worden H7235 H8686 , alzo zal Ik vermenigvuldigen H2233 het zaad H5650 van Mijn knecht H1732 David H3881 , en de Levieten H8334 H8764 , die Mij dienen.
  23 H3068 Voorts geschiedde des HEEREN H1697 woord H3414 tot Jeremia H559 H8800 , zeggende:
  24 H7200 H8804 Hebt gij niet gezien H5971 , wat dit volk H1696 H8765 spreekt H559 H8800 , zeggende H8147 : De twee H4940 geslachten H3068 , die de HEERE H977 H8804 verkoren had H3988 H8799 , die heeft Hij nu verworpen H5006 H8799 ? Ja, zij versmaden H5971 Mijn volk H1471 , zodat het geen volk H6440 meer is voor hun aangezicht.
  25 H559 H8804 Zo zegt H3068 de HEERE H1285 : Indien Mijn verbond H3119 niet is van dag H3915 en nacht H2708 ; [indien] Ik de ordeningen H8064 des hemels H776 en der aarde H7760 H8804 niet gesteld heb;
  26 H1571 Zo zal Ik ook H2233 het zaad H3290 van Jakob H5650 en van Mijn knecht H1732 David H3988 H8799 verwerpen H2233 , dat Ik van zijn zaad H3947 H8800 niet neme H4910 H8802 , die daar heerse H2233 over het zaad H85 van Abraham H3446 , Izak H3290 en Jakob H7622 ; want Ik zal hun gevangenis H7725 H8686 H8675 H7725 H8799 wenden H7355 H8765 en Mij hunner ontfermen.