Isaiah 45

DSV_Strongs(i)
  1 H559 H8804 Alzo zegt H3068 de HEERE H4899 tot Zijn gezalfde H3566 , tot Cores H3225 , wiens rechterhand H2388 H8689 Ik vat H1471 , om de volken H6440 voor zijn aangezicht H7286 H8800 neder te werpen H4975 ; en Ik zal de lendenen H4428 der koningen H6605 H8762 ontbinden H6440 , om voor zijn aangezicht H1817 de deuren H6605 H8800 te openen H8179 , en de poorten H5462 H8735 zullen niet gesloten worden:
  2 H6440 Ik zal voor uw aangezicht H3212 H8799 gaan H1921 H8803 , en Ik zal de kromme wegen H3474 H8762 H8675 H3474 H8686 recht maken H5154 ; de koperen H1817 deuren H7665 H8762 zal Ik verbreken H1270 , en de ijzeren H1280 grendelen H1438 H8762 zal Ik in stukken slaan.
  3 H5414 H8804 En Ik zal u geven H214 de schatten H2822 , die in de duisternissen H4565 zijn, en de verborgene H4301 rijkdommen H3045 H8799 ; opdat gij moogt weten H3068 , dat Ik de HEERE H8034 ben, Die [u] bij uw naam H7121 H8802 roept H430 , de God H3478 van Israel;
  4 H3290 Om Jakobs H5650 , Mijns knechts H3478 wil, en Israels H972 , Mijns uitverkorenen H7121 H8799 ; ja, Ik riep H8034 u bij uw naam H3655 H8762 , Ik noemde u toe H3045 H8804 , hoewel gij Mij niet kendet.
  5 H3068 Ik ben de HEERE H2108 , en niemand meer, buiten H430 Mij is er geen God H247 H8762 ; Ik zal u gorden H3045 H8804 , hoewel gij Mij niet kent.
  6 H3045 H8799 Opdat men wete H4217 , van den opgang H8121 der zon H4628 en van den ondergang H1107 , dat er buiten H657 Mij niets H3068 is, Ik ben de HEERE, en niemand meer.
  7 H3335 H8802 Ik formeer H216 het licht H1254 H8802 , en schep H2822 de duisternis H6213 H8802 ; Ik maak H7965 den vrede H1254 H8802 en schep H7451 het kwaad H3068 , Ik, de HEERE H6213 H8802 , doe al deze dingen.
  8 H7491 H8685 Drupt H8064 , gij hemelen H4605 ! van boven H7834 af, en dat de wolken H5140 H8799 vloeien H6664 van gerechtigheid H776 ; en de aarde H6605 H8799 opene zich H3468 , en dat allerlei heil H6509 H8799 uitwasse H6666 , en gerechtigheid H3162 te zamen H6779 H8686 uitspruiten H3068 ; Ik, de HEERE H1254 H8804 , heb ze geschapen.
  9 H1945 Wee H3335 H8802 dien, die met zijn Formeerder H7378 H8801 twist H2789 , gelijk een potscherf H127 met aarden H2789 potscherven H2563 ! Zal ook het leem H3335 H8802 tot zijn formeerder H559 H8799 zeggen H6213 H8799 : Wat maakt gij H6467 ? of [zal] uw werk H3027 [zeggen]: Hij heeft geen handen?
  10 H1945 Wee H1 dien, die tot den vader H559 H8802 zegt H3205 H8686 : Wat genereert gij H802 ? en tot de vrouw H2342 H8799 : Wat baart gij?
  11 H559 H8804 Alzo zegt H3068 de HEERE H6918 , de Heilige H3478 Israels H3335 H8802 , en deszelfs Formeerder H857 H8802 : Zij hebben Mij van toekomende dingen H7592 H8798 gevraagd H1121 ; van Mijn kinderen H6467 , zoudt gij Mij van het werk H3027 Mijner handen H6680 H8762 bevel geven?
  12 H776 Ik heb de aarde H6213 H8804 gemaakt H120 , en Ik heb den mens H1254 H8804 daarop geschapen H3027 ; Ik ben het! Mijn handen H8064 hebben de hemelen H5186 H8804 uitgebreid H6635 , en Ik heb al hun heir H6680 H8765 bevel gegeven.
  13 H5782 H8689 Ik heb hem verwekt H6664 in gerechtigheid H1870 , en al zijn wegen H3474 H8762 zal Ik recht maken H5892 ; hij zal Mijn stad H1129 H8799 bouwen H1546 , en hij zal Mijn gevangenen H7971 H8762 loslaten H4242 , niet voor prijs H7810 , noch voor geschenk H559 H8804 , zegt H3068 de HEERE H6635 der heirscharen.
  14 H559 H8804 Alzo zegt H3068 de HEERE H3018 : De arbeid H4714 der Egyptenaren H5505 en de koophandel H3568 der Moren H5436 en der Sabeers H582 , der mannen H4060 van grote lengte H5674 H8799 , zullen tot u overkomen H3212 H8799 H310 , en zij zullen de uwe zijn, zij zullen u navolgen H2131 , in boeien H5674 H8799 zullen zij overkomen H7812 H8691 ; en zij zullen zich voor u buigen H6419 H8691 , zij zullen u smeken H410 , [zeggende]: Gewisselijk, God H657 is in u, en er is anders geen H430 God meer.
  15 H403 Voorwaar H410 , Gij zijt een God H5641 H8693 , Die Zich verborgen houdt H430 , de God H3478 Israels H3467 H8688 , de Heiland.
  16 H954 H8804 Zij zullen beschaamd H3637 H8738 en ook tot schande worden H3162 , zij allen; te zamen H3639 zullen zij met schande H1980 H8804 heengaan H6736 , die de afgoden H2796 maken.
  17 H3478 [Maar] Israel H3467 H8738 wordt verlost H3068 door den HEERE H5769 , [met] een eeuwige H8668 verlossing H954 H8799 ; gijlieden zult niet beschaamd H3637 H8735 noch tot schande worden H5703 , tot H5769 in alle eeuwigheden.
  18 H559 H8804 Want alzo zegt H3068 de HEERE H8064 , Die de hemelen H1254 H8802 geschapen heeft H430 , Die God H776 , Die de aarde H3335 H8802 geformeerd H6213 H8802 , en Die ze gemaakt heeft H3559 H8790 ; Hij heeft ze bevestigd H1254 H8804 , Hij heeft ze niet geschapen H8414 , dat zij ledig H3335 H8804 zijn zou, [maar] heeft ze geformeerd H3427 H8800 , opdat men daarin wonen zou H3068 : Ik ben de HEERE, en niemand meer.
  19 H5643 Ik heb niet in het verborgene H1696 H8765 gesproken H2822 , in een donkere H4725 plaats H776 der aarde H2233 ; Ik heb tot het zaad H3290 van Jakob H559 H8804 niet gezegd H1245 H8761 : Zoekt H8414 Mij te vergeefs H3068 ; Ik ben de HEERE H6664 , Die gerechtigheid H1696 H8802 spreekt H4339 , Die rechtmatige H5046 H8688 dingen verkondigt.
  20 H6908 H8734 Verzamelt u H935 H8798 , en komt H5066 H8690 , treedt hier toe H3162 samen H1471 , gijlieden, die van de heidenen H6412 ontkomen zijt H3045 H8804 ! Zij weten H6086 niets, die hun houten H6459 gesneden beelden H5375 H8802 dragen H410 , en een god H6419 H8693 aanbidden H3467 H8686 , [die] niet verlossen kan.
  21 H5046 H8685 Verkondigt H5066 H8685 en treedt hier toe H3289 H8735 , ja, beraadslaagt H3162 samen H8085 H8689 : wie heeft dat laten horen H6924 van ouds H5046 H8689 her? [Wie] heeft dat van toen af verkondigd H3068 ? Ben Ik het niet, de HEERE H430 ? en er is geen God H1107 meer behalve H6662 Mij, een rechtvaardig H410 God H3467 H8688 , en een Heiland H369 , niemand H2108 is er dan Ik.
  22 H6437 H8798 Wendt U naar Mij toe H3467 H8734 , wordt behouden H657 , alle gij einden H776 der aarde H410 ! want Ik ben God, en niemand meer.
  23 H7650 H8738 Ik heb gezworen H1697 bij Mijzelven, er is een woord H6666 der gerechtigheid H6310 uit Mijn mond H3318 H8804 gegaan H7725 H8799 , en het zal niet wederkeren H1290 : dat Mij alle knie H3766 H8799 zal gebogen worden H3956 , alle tong H7650 H8735 [Mij] zal zweren.
  24 H559 H8804 Men zal van Mij zeggen H3068 : Gewisselijk, in den HEERE H6666 zijn gerechtigheden H5797 en sterkte H935 H8799 ; tot Hem zal men komen H954 H8799 ; maar zij zullen beschaamd worden H2734 H8737 allen, die tegen Hem ontstoken zijn.
  25 H3068 [Maar] in den HEERE H6663 H8799 zullen gerechtvaardigd worden H1984 H8691 en zich beroemen H2233 , het ganse zaad H3478 van Israel.