DSV_Strongs(i)
1
H7637
[02:2] In de zevende
H259
[maand], op den een
H6242
en twintigsten
H2320
der maand
H1961 H8804
, geschiedde
H1697
het woord
H3068
des HEEREN
H3027
door den dienst
H5030
van den profeet
H2292
Haggai
H559 H8800
, zeggende:
2
H559 H8798
[02:3] Spreek
H4994
nu
H413
tot
H2216
Zerubbabel
H1121
, den zoon
H7597
van Sealthiel
H6346
, den vorst
H3063
van Juda
H413
, en tot
H3091
Josua
H1121
, den zoon
H3087
van Jozadak
H1419 H3548
, den hogepriester
H413
, en tot
H7611
het overblijfsel
H5971
des volks
H559 H8800
, zeggende:
3
H4310
[02:4] Wie
H7604 H8737
is onder ulieden overgebleven
H834
, die
H853
,
H2088
dit
H1004
huis
H7223
in zijn eerste
H3519
heerlijkheid
H7200 H8804
gezien heeft
H4100
, en hoedanig
H7200 H8802
ziet gij
H853
hetzelve
H6258
nu
H3808
? Is dit niet
H3644
als
H369
niets
H5869
in uw ogen?
4
H6258
[02:5] Doch nu
H2388 H8798
, wees sterk
H2216
, gij Zerubbabel
H5002 H8803
! spreekt
H3068
de HEERE
H2388 H8798
; en wees sterk
H3091
, gij Josua
H1121
, zoon
H3087
van Jozadak
H1419 H3548
, hogepriester
H2388 H8798
! en wees sterk
H3605
, al
H5971
gij volk
H776
des lands
H5002 H8803
! spreekt
H3068
de HEERE
H6213 H8798
; en werkt
H3588
, want
H589
Ik
H854
ben met
H5002 H8803
u, spreekt
H3068
de HEERE
H6635
der heirscharen;
5
H854
[02:6] Met
H1697
het woord
H834
, in hetwelk
H3772 H8804
Ik met ulieden [een] [verbond] gemaakt heb
H4480
, als gij uit
H4714
Egypte
H3318 H8800
uittrokt
H7307
, en Mijn Geest
H5975 H8802
, staande
H8432
in het midden
H3372 H8799
van u; vreest
H408
niet!
6
H3588
[02:7] Want
H3541
alzo
H559 H8804
zegt
H3068
de HEERE
H6635
der heirscharen
H5750
: Nog
H259
eens
H4592
, een weinig
H1931
[tijds] zal het zijn
H589
; en Ik
H853
zal de
H8064
hemelen
H853
, en de
H776
aarde
H853
, en de
H3220
zee
H853
, en het
H2724
droge
H7493 H8688
doen beven.
7
H3605
[02:8] Ja, Ik zal al
H853
de
H1471
heidenen
H7493 H8689
doen beven
H935 H8804
, en zij zullen komen
H2532
[tot] den Wens
H3605
aller
H1471
heidenen
H4390 H0
, en Ik zal
H853
,
H2088
dit
H1004
huis
H3519
met heerlijkheid
H4390 H8765
vervullen
H559 H8804
, zegt
H3068
de HEERE
H6635
der heirscharen.
8
H3701
[02:9] Mijn is het zilver
H2091
, en Mijn is het goud
H5002 H8803
, spreekt
H3068
de HEERE
H6635
der heirscharen.
9
H3519
[02:10] De heerlijkheid
H2088
van dit
H314
laatste
H1004
huis
H1419
zal groter
H1961 H8799
worden
H4480
, dan
H7223
van het eerste
H5002 H8803
, zegt
H3068
de HEERE
H6635
der heirscharen
H2088
; en in deze
H4725
plaats
H7965
zal Ik vrede
H5414 H8799
geven
H559 H8804
, spreekt
H3068
de HEERE
H6635
der heirscharen.
10
H702
[02:11] Op den vier
H6242
en twintigsten
H8671
[dag] der negende
H8147
[maand], in het tweede
H8141
jaar
H1867
van Darius
H1961 H8804
, geschiedde
H1697
het woord
H3068
des HEEREN
H3027
door den dienst
H5030
van den profeet
H2292
Haggai
H559 H8800
, zeggende:
11
H3541
[02:12] Alzo
H559 H8804
zegt
H3068
de HEERE
H6635
der heirscharen
H7592 H8798
: Vraag
H4994
nu
H853
den
H3548
priesters
H8451
de wet
H559 H8800
, zeggende:
12
H2005
[02:13] Ziet
H376
, iemand
H5375 H8799
draagt
H6944
heilig
H1320
vlees
H3671
in de slip
H899
van zijn kleed
H5060 H8804
, en hij raakt
H3671
met zijn slip
H413
aan
H3899
het brood
H413
, of aan
H5138
het moes
H413
, of aan
H3196
den wijn
H413
, of aan
H8081
de olie
H413
, of aan
H3605
enige
H3978
spijze
H6942 H8799
, zal het heilig worden
H3548
? En de priesters
H6030 H8799
antwoordden
H559 H8799
, en zeiden
H3808
: Neen.
13
H2292
[02:14] En Haggai
H559 H8799
zeide
H518
: Indien
H2931
iemand, die onrein
H5315
is van een dood lichaam
H3605
, iets
H423
van die
H5060 H8799
dingen aanroert
H2930 H8799
, zal het onrein worden
H3548
? En de priesters
H6030 H8799
antwoordden
H559 H8799
, en zeiden
H2930 H8799
: Het zal onrein worden.
14
H6030 H8799
[02:15] Toen antwoordde
H2292
Haggai
H559 H8799
, en zeide
H3651
: Alzo
H2088
is dit
H5971
volk
H3651
, en alzo
H2088
is deze
H1471
natie
H6440
voor Mijn aangezicht
H5002 H8803
, spreekt
H3068
de HEERE
H3651
, en alzo
H3605
is al
H4639
het werk
H3027
hunner handen
H834
; en wat
H8033
zij daar
H7126 H8686
offeren
H1931
, dat
H2931
is onrein.
15
H6258
[02:16] En nu
H7760 H0
, stelt
H4994
er toch
H3824
ulieder hart
H7760 H8798
op
H4480
, van
H2088
dezen
H3117
dag
H4605
af en opwaarts
H2962
, eer
H68
er steen
H413
op
H68
steen
H7760 H8800
gelegd werd
H1964
aan den tempel
H3068
des HEEREN;
16
H4480
[02:17] Eer
H1961 H8800
die [dingen] geschiedden
H935 H8804
, kwam
H413
iemand tot
H6194
den [koren] hoop
H6242
van twintig
H1961 H8804
[maten], zo waren
H6235
er [maar] tien
H935 H8804
; komende
H413
tot
H3342
den wijnbak
H2572
, om vijftig
H6333
[maten] van de pers
H2834 H8800
te scheppen
H1961 H8804
, zo waren
H6242
er [maar] twintig.
17
H5221 H8689
[02:18] Ik sloeg
H853
ulieden
H7711
met brandkoren
H3420
, met honigdauw
H1259
en met hagel
H853
,
H3605
al
H4639
het werk
H3027
uwer handen
H854
; en gij
H369
[keerdet] u niet
H413
tot
H5002 H8803
Mij, spreekt
H3068
de HEERE.
18
H7760 H0
[02:19] Stelt er
H4994
toch
H3824
uw hart
H7760 H8798
op
H4480
, van
H2088
dezen
H3117
dag
H4605
af en opwaarts
H4480
; van
H702
den vier
H6242
en twintigsten
H3117
dag
H8671
der negende
H4480
[maand] af, van
H3117
den dag
H834
af, als
H3245
het fondament
H1964
aan den tempel
H3068
des HEEREN
H3245 H8795
is gelegd geworden
H7760 H0
, stelt
H3824
er uw hart
H7760 H8798
op.
19
H5750
[02:20] Is er nog
H2233
zaad
H4035
in de schuur
H5704
? Zelfs tot
H1612
den wijnstok
H8384
, en den vijgeboom
H7416
, en den granaatappelboom
H2132 H6086
, en den olijfboom
H3808
, [die] niet
H5375 H8804
gedragen heeft
H4480
, [die] zal Ik van
H2088
dezen
H3117
dag
H1288 H8762
af zegenen.
20
H1697
[02:21] Het woord
H3068
des HEEREN
H1961 H8799
nu geschiedde
H8145
ten tweeden male
H413
tot
H2292
Haggai
H702
, op den vier
H6242
en twintigsten
H2320
der maand
H559 H8800
, zeggende:
21
H559 H8798
[02:22] Spreek
H413
tot
H2216
Zerubbabel
H6346
, den vorst
H3063
van Juda
H559 H8800
, zeggende
H589
: Ik
H853
zal de
H8064
hemelen
H853
en de
H776
aarde
H7493 H8688
bewegen.
22
H3678
[02:23] En Ik zal den troon
H4467
der koninkrijken
H2015 H8804
omkeren
H8045 H8689
, en verdelgen
H2392
de vastigheid
H4467
van de koninkrijken
H1471
der heidenen
H4818
; en Ik zal den wagen
H2015 H8804
omkeren
H7392 H8802
, en die daarop rijden
H5483
; en de paarden
H7392 H8802
, en die daarop rijden
H3381 H8804
, zullen nederstorten
H376
, een iegelijk
H251
in des anderen
H2719
zwaard.
23
H1931
[02:24] Te dien
H3117
dage
H5002 H8803
, spreekt
H3068
de HEERE
H6635
der heirscharen
H3947 H8799
, zal Ik u nemen
H2216
, o Zerubbabel
H1121
, gij zoon
H7597
van Sealthiel
H5650
, Mijn knecht
H5002 H8803
! spreekt
H3068
de HEERE
H7760 H8804
, en Ik zal u stellen
H2368
, als een zegelring
H3588
; want
H977 H8804
u heb Ik verkoren
H5002 H8803
, spreekt
H3068
de Heere
H6635
der heirscharen.