Ezekiel 9:5-7

DSV_Strongs(i)
  5 H428 Maar tot die H559 H8804 [anderen] zeide Hij H241 voor mijn oren H5674 H8798 : Gaat door H5892 , door de stad H310 achter H5221 H8685 hem, en slaat H5869 , ulieder oog H2347 H8799 verschone H2550 H8799 niet, en spaart niet!
  6 H2026 H8799 Doodt H2205 ouden H970 , jongelingen H1330 en maagden H2945 , en kinderkens H802 en vrouwen H4889 , tot verdervens H5066 H8799 toe; maar genaakt H376 aan niemand H8420 , op denwelken het teken H2490 H8686 is, en begint H4720 van Mijn heiligdom H2490 H8686 . En zij begonnen H2205 van de oude H582 mannen H6440 , die voor H1004 het huis waren.
  7 H559 H8799 En Hij zeide H2930 H8761 tot hen: Verontreinigt H1004 het huis H4390 H8761 , en vervult H2691 de voorhoven H2491 met verslagenen H3318 H8798 ; gaat henen uit H3318 H8804 . En zij gingen henen uit H5221 H8689 , en zij sloegen H5892 in de stad.