Daniel 10:1-16

DSV_Strongs(i)
  1 H7969 In het derde H8141 jaar H3566 van Kores H4428 , den koning H6539 van Perzie H1840 , werd aan Daniel H8034 , wiens naam H7121 H8738 genoemd werd H1095 Beltsazar H1697 , een zaak H1540 H8738 geopenbaard H1697 , en die zaak H571 is de waarheid H1419 , doch [in] een gezetten groten H6635 tijd H995 H8804 ; en hij verstond H1697 die zaak H998 , en hij had verstand H4758 van het gezicht.
  2 H3117 In die dagen H1840 was ik, Daniel H56 H8693 , treurende H7969 drie H7620 weken H3117 der dagen.
  3 H2532 Begeerlijke H3899 spijze H398 H8804 at ik H1320 niet, en vlees H3196 of wijn H935 H8804 kwam H6310 in mijn mond H5480 H8804 niet; ook zalfde ik H5480 H8800 mij gans H7969 niet, totdat die drie H7620 weken H3117 der dagen H4390 H8800 vervuld waren.
  4 H702 En op den vier H6242 en twintigsten H3117 dag H7223 der eerste H2320 maand H3027 , zo was ik aan den oever H1419 der grote H5104 rivier H2313 , welke is Hiddekel.
  5 H5375 H8799 En ik hief H5869 mijn ogen H7200 H8799 op, en zag H259 , en ziet, er was een H376 Man H906 met linnen H3847 H8803 bekleed H4975 , en Zijn lenden H2296 H8803 waren omgord H3800 met fijn goud H210 van Ufaz.
  6 H1472 En Zijn lichaam H8658 was gelijk een turkoois H6440 , en Zijn aangezicht H4758 gelijk de gedaante H1300 des bliksems H5869 , en Zijn ogen H784 gelijk vurige H3940 fakkelen H2220 , en Zijn armen H4772 en Zijn voeten H5869 gelijk de verf H7044 van gepolijst H5178 koper H6963 ; en de stem H1697 Zijner woorden H6963 was gelijk de stem H1995 ener menigte.
  7 H1840 En ik, Daniel H7200 H8804 , alleen zag H4759 dat gezicht H582 , maar de mannen H7200 H8804 , die bij mij waren, zagen H4759 dat gezicht H61 niet; doch H1419 een grote H2731 verschrikking H5307 H8804 viel H1272 H8799 op hen, en zij vloden H2244 H8736 , om zich te versteken.
  8 H7604 H8738 Ik dan werd alleen overgelaten H7200 H8799 , en zag H1419 dit grote H4759 gezicht H7604 H8738 , en er bleef H3581 in mij geen kracht H1935 overig; en mijn sierlijkheid H2015 H8738 werd aan mij veranderd H4889 in een verderving H3581 , zodat ik geen kracht H6113 H8804 behield.
  9 H8085 H8799 En ik hoorde H6963 de stem H1697 Zijner woorden H6963 ; en toen ik de stem H1697 Zijner woorden H8085 H8800 hoorde H7290 H8737 , zo viel ik in een diepen slaap H6440 op mijn aangezicht H6440 , met mijn aangezicht H776 ter aarde.
  10 H3027 En ziet, een hand H5060 H8804 roerde mij aan H5128 H8686 , en maakte, dat ik mij bewoog H1290 op mijn knieen H3709 , en de palmen H3027 mijner handen.
  11 H559 H8799 En Hij zeide H1840 tot mij: Daniel H2532 , gij zeer gewenste H376 man H995 H8685 ! merk op H1697 de woorden H1696 H8802 , die Ik tot u spreken zal H5975 H8798 , en sta H5977 op uw standplaats H7971 H8795 , want Ik ben alnu tot u gezonden H1697 ; en toen Hij dat woord H1696 H8763 tot mij sprak H5975 H8804 , stond ik H7460 H8688 bevende.
  12 H559 H8799 Toen zeide Hij H3372 H8799 tot mij: Vrees H1840 niet, Daniel H7223 ! want van den eersten H3117 dag H3820 aan, dat gij uw hart H5414 H8804 begaaft H995 H8687 , om te verstaan H6031 H8692 en om uzelven te verootmoedigen H6440 , voor het aangezicht H430 uws Gods H1697 , zijn uw woorden H8085 H8738 gehoord H1697 , en om uwer woorden H935 H8804 wil ben Ik gekomen.
  13 H8269 Doch de vorst H4438 des koninkrijks H6539 van Perzie H5975 H8802 stond H259 tegenover Mij een H6242 en twintig H3117 dagen H4317 ; en ziet, Michael H259 , een H7223 van de eerste H8269 vorsten H935 H8804 , kwam H5826 H8800 om Mij te helpen H3498 H8738 , en Ik werd aldaar gelaten H681 bij H4428 de koningen H6539 van Perzie.
  14 H935 H8804 Nu ben Ik gekomen H995 H8687 , om u te doen verstaan H5971 , hetgeen uw volk H7136 H8799 bejegenen zal H319 in het vervolg H3117 der dagen H2377 , want het gezicht H3117 is nog voor [vele] dagen.
  15 H1697 En toen Hij deze woorden H1696 H8763 met mij sprak H5414 H8804 , sloeg ik H6440 mijn aangezicht H776 ter aarde H481 H8738 , en ik werd stom.
  16 H1121 H120 En ziet, [Een], den mensenkinderen H1823 gelijk H5060 H8802 , raakte H8193 mijn lippen H6605 H0 aan, toen deed ik H6310 mijn mond H6605 H8799 open H1696 H8762 , en ik sprak H559 H8799 , en zeide H5975 H8802 tot Dien, Die tegenover mij stond H113 : Mijn Heere H4759 ! om des gezichts H2015 H8738 wil keren zich H6735 mijn weeen H3581 over mij, zodat ik geen kracht H6113 H8804 behoude.