1 Peter 5:1-4

DSV_Strongs(i)
  1 G4245 De ouderlingen G1722 , die onder G5213 u G3870 G5719 zijn, vermaan ik G3588 , die G4850 een medeouderling G2532 , en G3144 getuige G3804 des lijdens G5547 van Christus G2532 ben, en G2844 deelachtig G1391 der heerlijkheid G601 G , die geopenbaard G3195 G5723 zal G601 G5745 worden:
  2 G4165 G5657 Weidt G4168 de kudde G2316 Gods G1722 , die onder G5213 u G1983 G5723 is, hebbende opzicht G3361 [daarover], niet G317 uit bedwang G235 , maar G1596 gewilliglijk G3366 ; noch G147 om vuil gewin G235 , maar G4290 met een volvaardig gemoed;
  3 G3366 Noch G5613 als G2634 G5723 heerschappij voerende over G2819 het erfdeel G235 [des] [Heeren], maar G5179 [als] voorbeelden G4168 der kudde G1096 G5740 geworden zijnde.
  4 G2532 En G750 als de overste Herder G5319 G5685 verschenen zal zijn G262 , zo zult gij de onverwelkelijke G4735 kroon G1391 der heerlijkheid G2865 G5695 behalen.